de Volkskrant, Kunst & Cultuur, 31 maart 2007 (pagina 15)
Liflafjesmuziek en andere treurige boel uit Rusland
Kernis, Adams, Silvestrov en Denisov, door de Radio Kamer Filharmonie o.l.v. James MacMillan.
29 maart, Muziekcentrum Vredenburg, Utrecht.
Suikerspin en slappe thee, dat was wat het schaarse publiek donderdag in Utrecht voorgezet kreeg bij
de NPS-serie Whiskey & Wodka. De confrontatie tussen Amerikaanse en Russische muziek kreeg ditmaal
wel een heel oppervlakkige gestalte. Aan de hoofdschotel, het Vioolconcert van John Adams uit
1993, viel al niet veel genoegen te beleven. Het hoort tot Adams' geliefdste werken, maar de 35 minuten
muziek zijn per strekkende meter gecomponeerd. Daarbij fietste solist Marijn Simons, zelf een gevierd
componist, wel op een heel vlakke manier door de eindeloze notenslierten heen. Dirigent James MacMillan,
ook al primair een notenschrijver, leek niet bovenmatig geïnteresseerd in collega Adams.
Toch was het werk nog beduidend beter dan de vijf minuten durende muzikale overkill die Adams'
landgenoot Aaron Jay Kernis pleegt in zijn Too Hot Toccata. Adams mag wijdlopig zijn, orkestreren
kan hij tenminste.
Ook de Rus Valentin Silvestrov beheerst die kunst terdege. Dat bleek in zijn Postludium, ondanks
een zekere eenzijdigheid het beste werk van het programma, waarin de Radio Kamer Filharmonie en pianist
Alexander Ljoebimov een klinkend universum opbouwden dat deed denken aan een steeds heviger verstoord
wateroppervlak, waarin de kringelende patronen op den duur elkaar lijken te verdringen.
Het dieptepunt kwam met een filmmuziek-suite van Edison Denisov. Liflafjesmuziek, overgoten met met een
saus van fluiten en vibrafoons, en dat 25 onbenullige minuten lang.
We wisten allang dat het in de USSR een treurige boel was. Is het nu echt nodig om dat nog eens in de
concertzaal aan te tonen?
© Frits van der Waa 2007