Let op: de website is verhuisd naar fritsvanderwaa.nl

de Volkskrant, Kunst & Cultuur, 30 mei 2016

Aquasonic is een spectaculaire onderwatermuziekvoorstelling

Operadagen Rotterdam
Aquasonic, door Between Music. 27 mei, Nolethal, Schiedam.
Il ballo delle ingrate, van Monteverdi door Claron McFadden, Letizia Renzini e.a. 28 mei, LP2, Rotterdam.
La voix humaine van Poulenc door Naomi Beeldens en Jeroen Malaise. 28 mei, Rotterdamse Schouwburg.

Een voor een lichten vijf grote aquaria op in het donker. In elk ervan zit, knielt of ligt een muzikant, volledig ondergedompeld. Heel af en toe komen ze boven water om een hap lucht te nemen. Ze bedienen zich van speciale instrumenten, waaronder een onderwaterviool, een glasharmonica, divers slagwerk en, het wonderlijkst van al, een rotacorda: een heel lange draailier met een schalbeker eraan die een griezelig menselijk geluid produceert.

Aquasonic, een voorstelling van de Deense groep Between Music, is ongetwijfeld een van de spectaculairste en grensverleggendste voorstellingen van de zaterdag afgesloten Rotterdamse Operadagen. In het begin lijkt het vooral op een kampioenschap adem inhouden, maar de vijf spelers, die schijnbaar gewichtloos in hun tanks zweven, nemen de toeschouwers met hun al even gewichtloze, maar strak georganiseerde muziek mee in hun droomwereld. Het is dan ook geen eenmalige stunt, maar een roeping: zangeres Laila Skovmand en haar medespelers zijn al tien jaar bezig met het ontwikkelen van onderwatertechnieken, -microfoons en -instrumenten.

Het merkwaardigst is nog wel dat ze erin slagen om onder water te zingen. Voor ze in haar bassin verdwijnt steekt Skovmand de onderhelft van haar gezicht in een kleinere kom met water, als om het even goed te laten zien. Er komt blijkbaar weinig lucht aan te pas. Het enige wat daar op wijst is een licht borrelende bijklank. Later zingt ze vocaliserend complete duetten met rotacordaspeelster Nanna Bech.

De vijf doorzichtige glazen kolommen die op de ook al met een laagje water bedekte speelvloer staan zorgen voor een apart intermezzo. Uit slangetjes ploppen met luide, elektronisch getinte knallen luchtbelletjes te voorschijn. Elke kolom heeft een bepaald register, alsof het een kwintet is. Spectaculair is het moment dat de luchttoevoer voluit gaat en het water bruisend over de rand loopt.

Inhoudelijk bezien is de muziek van Aquasonic, met haar vele gependel tussen twee akkoorden, een beetje mager, en een opera is het al helemaal niet. Maar dat is in dit geval natuurlijk bijzaak.

Bij Il ballo delle ingrate, een interdisciplinaire voorstelling van de Italiaanse multimedia-artieste Letizia Renzini, wil het daarentegen niet zo lukken met de theatrale elementen. Het is wel gek om in een film vier zangers te zien verdwijnen achter een muur van Tetrisblokjes, maar het blijft onzin en voegt even weinig toe als de elektronische boem- en ruisgeluiden of het geknars op een cello. Theatraal geslaagd is een scène waarin sopraan Claron McFadden via Skype een duet zingt met Nora Fischer. Maar verder moet Ballo, waarin ook al geen verhaal te bekennen is, het uitsluitend hebben van de feeërieke, vroege barokmuziek, met schitterende begeleiding van harp en theorbe.

De eenvrouwsopera La Voix Humaine, die Francis Poulenc in 1958 schreef, is vaker te zien geweest in de Operadagen. Het geheel aan de telefoon opgehangen libretto van Jean Cocteau, waarin een vrouw zich vergeefs vastklampt aan een verloren geliefde, is nog altijd even navrant. De Belgische sopraan Naomi Beeldens beeldt het schitterend uit, in een duister decor vol achtergebleven objecten die ze met een videocamera in close-up op een scherm laat verschijnen. Haar chansonnière-achtige stem leent zich heel goed voor dit stuk. Maar de grootste charme zit hem in de begeleiding van pianist Jeroen Malaise, die zich ontpopt tot een waar eenmansorkest, doordat hij ook nog (vaak tegelijk) een pauk, een trom, een elektrische piano en een klokkenspelletje bespeelt.


Pionieren onder water

Between Music is niet de absolute pionier op het gebied van onderwatermuziek. De Franse avantgarde-componist Michel Redolfi bracht in 1997 met Crysallis ook al een onderwateropera, die onder meer is opgevoerd in het Amsterdamse Zuiderbad. Ook het publiek werd daarbij geacht te water te gaan, en onder het oppervlak mee te luisteren, een optie waar Between Music ook mee heeft geëxperimenteerd. Redolfi ging minder ver in de eisen die hij aan zijn musici stelde: de zangeres zat comfortabel in een duikersklok met voldoende lucht en de slagwerker was voorzien van scuba-apparatuur.

Er bestaat ook al meer dan dertig jaar een onderwatermuziekfestival in Florida, maar dat is meer voor de scherts: in duikerpak playbacken op de muziek van Yellow Submarine.


© Frits van der Waa 2016