Let op: de website is verhuisd naar fritsvanderwaa.nl

Niet geplaatst artikel voor de Volkskrant, 12 mei 1989


Ravel glashelder en evocatief onder Fournet

Landowski en Ravel door het Residentie Orkest, koren en solisten o.l.v. Jean Fournet. Dr. Anton Philipszaal, Den Haag.

Het Residentie Orkest heeft de problemen die ontstaan zijn door het onverhoedse vertrek van Alain Lombard, vaste gastdirigent van het gezelschap, goed op weten te vangen. In plaats van Lombard verscheen donderdag en vrijdag Jean Fournet op het podium om het orkest aan te voeren in Ravels l'Enfant et les Sortilèges en de Messe de l'aurore van Marcel Landowski. Fournet is inmiddels 76 jaar oud en al een halve eeuw specialist op het gebied van de nieuwe Franse muziek. Dus dat zat wel goed.
Het is nogal een onderneming om l'Enfant et les Sortilèges, Ravels schitterende operaatje over een boze kinderdroom, op de planken te zetten, zelfs al doe je het in concertante vorm. Het Residentie Orkest deed het met acht solisten, en dat is, gezien de vele dubbelrolletjes, om en nabij het minimum. Onder de diverse bekwaamheden die het achttal tentoon spreiddde trokken vooral de charme van Young-Hee Kim (herderinnetje, uiltje, vleermuis) en de virtuositeit van Elizabeth Vidal (vuur, prinses en nachtegaal) de aandacht.
Voorts is er een koor nodig dat het herdersvolk, de kikkers,de beesten en de bomen aan het zingen moet krijgen, terwijl de cijfer-plaaggeestjes uit het sommenboek vertolkt worden door een kinderkoor. De Rotterdamse Laurens Cantorij,het Kamerkoor van het Rotterdams Conservatorium en het Jongenskoor van de Haarlemse St. Bavo kweten zich glorieus van die niet altijd even makkelijke taak.
Het orkest bleef daarbij niet achter. Het kan ook haast niet anders, want het stuk is zo betoverend, zo bondig en beeldend, dat moet wel het beste in iedere musicus losmaken. Het enige euvel in deze voorbeeldige uitvoering was een balansprobleem in de sterke passages, waar vooral het slagwerk te zeer domineerde. Fournet is waarschijnlijk nog niet voldoende vertrouwd met de gulle akoestiek van de Anton Philipszaal.
In de Messe de l'aurore, in 1976/77 gecomponeerd door Fournets land- en generatiegenoot Marcel Landowski, deed het probleem zich niet voor, hoewel de bedwelmende klankmassa's daar licht aanleiding toe hadden kunnen geven. In Landowski's dageraad-mis, een soort van eigentijdse geloofsgetuigenis op tekst van Pierre Emmanuel, vermengen zich vloeibare vocalen, murmelende melodieën, orgelend koper en sussende strijkers tot een zwoel en zwemmerig klankbad met veel overmatige drieklanken. Erg mooi, erg knap, maar toch maar even goed tanden poetsen, na zo veel roomsoes en suikerspin.


© Frits van der Waa 2006